Afgelopen week verzorgde ik samen met mijn collega Norvin de jaarlijkse zomer-docentenopleiding. Een van de thema’s die we daarin behandelen is ‘ teachers language’. Deze module staat in het teken van hetgeen we vertellen tijdens een les en de woorden die we hiervoor kiezen. Daarbij leren de deelnemers vooral welke tips ze kunnen geven om een cursist(e) duidelijk te maken wat hij/zij WEL moet doen en dus niet wat hij/zij NIET moet doen. Uit onderzoek blijkt namelijk dat onze geest het woordje ‘niet’ niet kent. Controleer zelf maar.
Toen jij de titel las, dacht je toen niet direct aan een blauwe olifant? Het is heel lastig om dit niet te doen. En dat is voor de cursisten in een les hetzelfde.
Een tijd geleden vertelde een van mijn cursisten mij dat ik vrij veel aandacht gaf aan wat er allemaal mis kon gaan in een bepaalde variatie met een partner. Ze vroeg mij of het wellicht mogelijk was om aan te geven wat ze juist wel moest doen. Vertellen wat er mis kon gaan zorgde er voor haar juist voor dat zij zich meer ging focussen op wat er allemaal mis kon gaan en daardoor ging het dan ook vaak fout. Dat bleek lastiger dan ik dacht en… ik ontdekte ook waarom; Binnen een variatie of een shine hebben wij zogenoemde Pitfalls (valkuilen).
Voor een docent is het van essentieel belang te weten wat er mis kan gaan. Zo kan je
1. Hier tijdens je voorbeeld al aandacht aan geven
2. Gemakkelijk controleren of iemand het goed/fout doet
3. Eenvoudig tijdens de uitleg aandacht geven aan de belangrijke onderdelen en….
4. Eenvoudig aangeven wat er mis kan gaan of beter: aangeven wat er gedaan moet worden
Ik merkte inderdaad dat ik heel goed wist wat er mis kon gaan maar helaas kwam dit ook op deze manier terug in mijn uitleg. Door veel oefening ben ik nu beter in staat om vooral aan te geven wat er wel moet gebeuren en geef ik minder aandacht aan de mogelijke valkuilen.
Hieronder een voorbeeld:
Stel dat je de passen voor Single Left Turn wilt uitleggen. De meest gemaakte fouten bij een Single Left Turn worden vooral gemaakt tijdens het tweede deel van de pas. Daarbij wordt rechts achter gestapt in 1,2 en 3 (ladies timing)
1. Tijdens de 2e pas (rechts achter) wordt in een keer aangesloten (daarmee wordt de pas naar achter dus niet echt gemaakt)
2. Tijdens de 2e pas (rechts achter) wordt zowel met rechts als met links naar achter gestapt
Bij 1. In plaats van te zeggen: Sluit je rechtervoet NIET in een keer aan naast je linkervoet, kan je zeggen: zorg dat je met je rechtervoet naar achter stapt.
Bij 2. In plaats van: Stap NIET met je linkervoet naar achter, kan je zeggen: zorg dat je alleen met je rechtervoet naar achter stapt en met je linkervoet op de plaats stapt.
Kortom: vertel wat je wel moet doen!
VRAGEN
1. Ken jij nog meer voorbeelden van situaties waarbij mensen het woordje NIET niet kennen?
2. Focus jij met name op wat er fout kan gaan of op wat er gedaan moet worden?
Teachers language wordt uitvoerig behandeld in onze communicatiemodule van de docentenopleiding. Klik HIER voor meer informatie.
Heel interessant, een algemeen principe, maar leuk om het zo eens toegepast te zien op danslessen. Kennelijk zit onze geest zo in elkaar dat wij datgene wat we vaak zijn tegengekomen ons het best herinneren, ongeacht of daar nu “niet doen” voorstaat of juist “wel doen”.
Misschien dat dat te maken heeft met het “voorbeeldeffect”. Wij richten ons vaak op datgene dat ons imponeert, iets dat wij ook graag zouden kunnen. De patronen die we ontdekken nemen we in ons op. Zodra we later een associatie krijgen, komt het hele patroon terug. Dat laatste geldt kennelijk ook als het woordje “NIET DOEN” er voor heeft gestaan en we onszelf dat negatieve beeld duizend keer hebben voorgehouden.
Waarschijnlijk is het dus handig om ons altijd “de juiste voorbeelden” voor ogen te houden en niet “wat niet moet”. Ik denk dat dit precies dat is wat “natural dancers” uit bijv. Afrika of de Caraiben vóór hebben op “Europeanen”: zij hebben vanaf de allereerste dag dat zij op aarde aanwezig zijn direct in hun eigen omgeving (plenty) voorbeelden van hoe ze zouden moeten bewegen resp. dansen. En imiteren dat in gedachten al duizend keer. En als ze dan op de dansvloer staan kunnen ze het zelf kennelijk ook…… Of heel snel. Boeiend
NLP! 🙂
Heel herkenbaar in het dagelijks leven op het werk en privé. De ander attenderen ‘niet’ wat hij/zij fout doet, maar attenderen op wat je graag zou willen zien, op het gewenste gedrag. Dus de principes van feedback volgen. Het heeft allemaal met communiceren te maken bij alles wat je doet en vraagt aan je omgeving, dus feedback geven/krijgen moet je leren. Overdragen van informatie, didactiek, onderwijzen doe je door te letten op welke wijze de communicatie plaatsvindt en dus daarmee de feedback. Lesgeven in dansen is dus vertellen welk gewenst gedrag/houding/techniek etc je wilt zien en dat doe je door de juiste communicatie en feedback toe te passen. Zo te lezen ben jij er wel bewust van hoe het beter te doen. Het zit ‘niet’ in de natuur van de mens, misschien een eeuw later dat het bij de natuur van de mensheid gaat horen. En zullen we ook echt de ‘grijze’ tinten van de olifant zien.